ALS: een behandelbare spierziekte?
Een nieuw middel kan de ziekte ALS tegengaan bij patiënten met een zeer zeldzame vorm…
Dr. Joke van Vugt is senior onderzoeker neurogenetica bij het UMC Utrecht. Samen met prof. dr. Jan Veldink doet ze onderzoek naar genetische oorzaken van ALS, een ziekte waarbij steeds meer spieren uitvallen en patiënten hard achteruitgaan. Na de diagnose hebben de meeste mensen nog maar twee tot vijf jaar te leven. Als we meer weten over het ontstaan van deze gruwelijke ziekte, kan dit ook nieuwe ideeën opleveren voor een mogelijke behandeling. Joke vertelt over het onderzoek dat ze op dit moment, met steun van het Prinses Beatrix Spierfonds, aan het doen zijn.
“Wat we willen ontdekken is waarom mensen ALS krijgen”, steekt Joke van wal. “We weten dat daar verschillende oorzaken voor zijn. Die zijn niet alleen maar genetisch, het is zeker dat ook omgevingsfactoren een rol spelen. Op dit moment is het nog totaal onduidelijk welke factoren dat zijn. Wat de genetische kant betreft, weten we dat veel mensen met ALS op een bepaalde plek in het DNA een fout hebben, die zit in het C9orf72-gen.”
“De fout bestaat uit een kort stukje dat niet een paar keer, maar ontzettend vaak herhaald wordt. Dat noem je een repeat-expansie en die zorgt ervoor dat er in de motorische zenuwcellen in de hersenen en het ruggenmerg een verkeerd eiwit wordt aangemaakt. Het eiwit klontert aan elkaar en de cellen gaan daardoor kapot. Het nare is dat zenuwcellen zich niet delen; de set die je hebt, daar moet je het je hele leven mee doen. Daardoor wordt de ziekte ook steeds ernstiger; er gaan steeds meer zenuwcellen kapot, maar er komen geen gezonde bij.”
“In Utrecht hebben we een speciaal team dat onder de naam Project MinE onderzoek doet naar het genetische aspect van ALS. Het onderzoek waar Jan Veldink en ik nu aan werken, is onderdeel van dat grotere project. We kijken of er ook op andere plekken in het DNA repeat-expansies te vinden zijn die ALS kunnen veroorzaken. We hebben een sterk vermoeden dat er meer zijn, omdat we nog niet alle oorzaken voor ALS hebben gevonden en omdat repeat-expansies bij dit soort ziektes vaak de boosdoener zijn.”
“Om dit te ontdekken, vergelijken we het DNA van 10.000 ALS-patiënten met dat van 10.000 mensen zonder ALS. Je kunt je misschien voorstellen dat het om ongelooflijk veel informatie gaat. Als we het DNA van 20.000 mensen willen vergelijken, zijn er 20 miljard plekjes waar een repeat-expansie kan zitten. Dat vereist een enorme rekenkracht van de computers die we gebruiken. Wat heel fijn is, is dat het Prinses Beatrix Spierfonds niet alleen de menselijke onderzoeksuren financiert, maar ook de massa rekentijd die we nodig hebben. Dat is best bijzonder en ik ben ze daar heel dankbaar voor. Anders zouden we dit onderzoek niet kunnen doen.”
“Stel dat we ontdekken waar de boosdoeners in het DNA zitten, dan zou je natuurlijk nieuw onderzoek willen doen om te kijken of je kunt voorkomen dat het foute eiwit wordt aangemaakt. Er zijn nu al klinische trials om die aanpak te testen, daar doen ook ALS-patiënten met een fout in het C9orf72-gen aan mee. Wij hopen nu dus dat we meer repeat-expansies kunnen vinden die ALS veroorzaken, zodat er een beter perspectief komt voor mensen met deze verschrikkelijke ziekte.”
“Om dit soort onderzoek te doen heb je een lange adem nodig, maar toch blijft het spannend. Je houdt hoop dat je op een dag iets vindt dat mensen echt vooruit kan helpen, het liefst zelfs beter kan maken. Dat motiveert mij enorm.”