Hoogleraar Bart Jacobs vertelt
Met de ontwikkeling van een voorspelmodel voor de behandeling hebben we dankzij het Spierfonds een belangrijke stap gezet naar een behandeling op maat voor patiënten met GBS en CIDP.

Een belangrijke behandeling voor patiënten met GBS en CIDP, twee ernstige vormen van zenuwontsteking, is het toedienen van immunoglobulinen via een infuus. Deze behandeling is helaas niet bij alle patiënten even effectief. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat de ideale dosering per patiënt sterk kan verschillen.
GBS en CIDP zijn spierziekten waarbij de zenuwen ontstoken raken, wat leidt tot verlamming van de spieren. Bij GBS gaat dit snel, bij CIDP meer geleidelijk. Beide spierziekten kunnen behandeld worden met immunoglobulinen die worden gehaald uit het bloed van gezonde donoren en ontsteking remmen.
Bart Jacobs, hoogleraar Neurologie en Immunologie, stelt: “Bij veel patiënten is het effect van deze behandeling echter onvoldoende en mogelijk is de oorzaak hiervoor dat de optimale dosis per patiënt verschilt.”
Uit eerder onderzoek van de onderzoeksgroep van prof. dr. Bart Jacobs blijkt dat de toegediende immunoglobulinen bij sommige patiënten veel sneller wordt afgebroken dan bij anderen. Patiënten met lagere concentraties immunoglobulinen in hun bloed na de behandeling herstellen vaak minder goed. Mogelijk hebben zij baat bij een hogere dosering.
Bart: “Bij voorkeur zouden de we zo snel mogelijk na het ontstaan van de ziekteverschijnselen kunnen inschatten welke dosis voor een individuele patiënt het beste werkt. Daarom was het doel van dit onderzoek duidelijk: een model ontwikkelen waarmee de concentratie van immunoglobulinen in het bloed van patiënten met GBS en CIDP na behandeling betrouwbaar voorspeld kan worden. De basis om de behandeling bij iedere patiënt te optimaliseren.”
De onderzoekers hebben met succes een model ontwikkeld dat de concentraties van immunoglobulinen in het bloed van patiënten met GBS na behandeling betrouwbaar voorspelt. Dit is primeur en is wereldwijd nog niet eerder gelukt. Momenteel wordt onderzocht of een vergelijkbaar model ook voor CIDP kan worden ontwikkeld. Bart: “Deze modellen helpen om beter te begrijpen hoe individuele patiënten reageren op de behandeling en zijn een belangrijke stap richting behandeling op maat.”
Daarnaast hebben de onderzoekers gekeken naar stoffen in het bloed waarmee de activiteit van de ziekte en het effect van de behandeling beter gevolgd kunnen worden. Ze ontdekten dat een bepaalde stof, die vrijkomt bij zenuwschade, sterk samenhangt met de ernst van de ziekte en hoe goed de behandeling werkt. Ook werken ze aan een methode om onderscheid te maken tussen immunoglobulinen die het lichaam zelf aanmaakt of die afkomstig zijn van de behandeling.
De onderzoekers werken verder aan het verfijnen van de modellen en onderzoeken hoe deze kunnen bijdragen aan een efficiëntere behandeling in de praktijk. Uiteindelijk hopen ze dat deze inzichten leiden tot een behandeling op maat, zodat elke patiënt de optimale zorg krijgt.
Met de ontwikkeling van een voorspelmodel voor de behandeling hebben we dankzij het Spierfonds een belangrijke stap gezet naar een behandeling op maat voor patiënten met GBS en CIDP.