Een wereldreis voor spierweefsel
Wist je dat een stukje spierweefsel soms een reis maakt waar je jaloers op zou worden? Denk aan meerdere stempels in een paspoort en meer vlieguren dan jij ooit zult maken. Vanuit Europa, Amerika en zelfs Australië: het spierweefsel komt van over de hele wereld naar Nederland om door onze onderzoekers bestudeerd te worden. Een samenwerking waar wij als klein landje trots op mogen zijn.
Je vraagt je misschien af waarom we deze spiertjes naar Nederland laten vervoeren. Dat doen we voor onderzoek naar zeldzame spierziekten. Omdat deze ziekten zeldzaam zijn, is het benodigde spierweefsel dat ook. Een spierbiopt – een klein hapje uit een spier – wordt afgenomen voor het stellen van een diagnose. Daarvan blijft soms een minuscuul restdeel over, niet groter dan een speldenknopje: 5 tot 10 milligram, dat voor onderzoek wordt gebruikt.
Dit kleine beetje spierweefsel wordt razendsnel ingevroren in vloeibare stikstof, tot
-182 graden, om de eigenschappen van de spier goed te bewaren. Daarna wordt het in een stikstoftank veilig vervoerd. Eenmaal in Nederland wordt het verder opgeslagen bij -70 graden. Zo blijft het perfect bewaard – soms wel jarenlang! Uit deze minuscule hoeveelheid spierweefsel halen onderzoekers enorm veel informatie.